Liturgie 14-07-2024

We zingen als aanvangslied lied 118:1,2.

Stil gebed.

Votum en groet.

We zingen als aanvangslied lied 118:5.

Gebed.

We zingen lied 863:1,2,5,6.

Leefregel.

We zingen lied 320.

Gebed.

We lezen als bijbelgedeelte Mark. 7:31-37

31 Hij vertrok weer uit de omgeving van Tyrus, en ging via Sidon naar het meer van Galilea, dwars door het gebied van Dekapolis. 32 Daar werd iemand bij Hem gebracht, die doof was, en gebrekkig sprak, en men smeekte aan Hem om deze man de Hand op te leggen. 33 Hij nam de man apart, weg van de menigte, stak Zijn Vingers in diens oren, en raakte met Speeksel zijn tong aan. 34 Hij sloeg Zijn Blik naar de hemel op, zuchtte diep, en zei tegen hem: ‘Effata!’, wat ‘Ga open!’ betekent. 35 Meteen gingen zijn oren open, zijn tong kwam los, en hij kon normaal spreken. 36 Hij beval aan de omstanders om aan niemand te vertellen, wat er gebeurd was; maar hoe strenger Hij het aan hun verbood, hoe meer ze het juist rondvertelden. 37 De mensen waren geweldig onder de indruk, en zeiden: ‘Alles, wat Hij doet, is goed: zelfs doven laat Hij horen en stommen laat Hij spreken’.

We zingen lied 534.

Prediking.

We zingen lied 904.

Gebed.

Collecte.

We zingen als slotlied lied 838:1,2,4.

Zegen.